De Tijger Brigade op Midden Java 1946 - 1949
3e Eskadron Vechtwagens KNIL
Het 3e eskadron Vechtwagens is geformeerd in Semarang op 12 April 1946 toen 25 man arriveerden van het KNIL depot in Bataviain om de Stuart tanks over te nemen die door het A Squadron 11th Cavalry (Prince Albert Victor’s Own) Maar het was niet eerder dan de 25e mei van dat jaar dat het eskadron op zijn volle sterkte was. Het is ongelooflijk wat er allemaal met deze tanks was uitgehaald. Ze waren gevuld met verschillende soorten olie en vet, maar zelfs met dingen die niet eens in een motor hoorden en grote schade konden veroorzaken als ze niet ontdekt zouden worden.
De eerste taak begon met een operatie met 2-13e Regiment Infanterie die net aangekomen waren. Dit werd een taak die het 3e Eskadron Vechtwagens KNIL uitvoerde. Het ondersteunen van de infanterie bij verschillende operaties als morele versterking. Soms bracht dit leuke situaties met zich mee, Zoals toen na een operatie Luitenant de Longh uit zijn tanksprong om contact te zoeken met de plaatselijke infanterie commandant toen hij ineens een kinderstemmetje hoorde zeggen:” Moeder, daar is oom Daan met de tanks, nu kan er ons niets meer gebeuren”. De Iongh draaide zijn hoofd om te zien wie dat zei en zag de hoofden van de twee zoontjes van een kapitein van de Brigade Staf.
Toen de eerste politionele actie op 21 juli 1947 begon, kreeg het 3e Eskadron Vechtwagens KNIL de taak om de weg naar het Zuiden te leiden. Er waren wat zorgen om het weer en of het eerste obstakel (een rivier) kon worden overgestoken, maar er kon zonder problemen worden overgestoken, dit tot grote opluchting van de Brigade Commandant. Op de tweede dag van de operatie deed zich een andere interessante situatie op. Op de weg naar Ambarawa lag een brug die genommen moest worden voor de guerrilla deze kon opblazen. Echter moest de brug eerst op mijnen gecontroleerd worden. Maar terwijl de genie onder de brug daarmee bezig was, reed Luitenant Akkerman gewoon met zijn tank over de brug en zette de opmars voort. Op de derde dag werd het eskadron gealarmeerd met informatie dat Salatiga in brand was gestoken. Dus zette zij de opmars naar het zuiden voort met een snelheid van 55 km/u. Toen zij Salatiga bereikt hadden bleef het eskadron voor een week in Ambarawa als draaiende eenheid. De meeste tijd ging voorbij zonder dat er iets gebeurde. Buiten dat het besloten werd om een kleine bergkampong Kopeng te veroveren omdat Kopeng dikwijls werd gebruikt als uitgangspunt voor guerrilla activiteiten.
Na de 1e politionele actie kwamen er een paar veranderingen. Ten eerste kreeg het eskadron zijn eigen bewapende infanterie, mortieren en pioniers zodat het zijn eigen ondersteuningswapens had.
Ten tweede om dode hoeken te verdedigen werd een derde machinegeweer op de koepels gemonteerd.
Het personeel werd later gebruikt als aanvulling voor het 5e, 6e, 7e en 8e eskadron Vechtwagens KL/KNIL.